Het belangrijke korte spel

Het is fantastisch om met je driver de bal een loei te geven en hem over de fairway te zien vliegen. Het is een weergaloos en machtig gevoel waar de meesten van ons van dromen. Maar doorslaggevend voor lage scores is meestal het korte spel, dat wil zeggen de slagen van 80 meter of minder tot de hole.

“Rond de green kun je veel belangrijke slagen besparen. Als je korte spel goed is, kun je bijna elke slechte score verbeteren. Ik vind dat er op dat onderdeel te weinig wordt getraind”, zegt Peter van Wijk van GC Zeewolde. Met Peter van Wijk bespreken we drie slagen die onontbeerlijk zijn voor je korte spel. Verder hebben we het over uitrusting en geven we tips die, als je ze goed toepast, je helpen om je nieuwe droomscore te halen. Doe mee!

3 belangrijke slagen rond de green

Chip and run

Een lage slag die de contouren van de baan volgt en maar even in de lucht blijft. Deze slag wordt vooral op linksbanen gebruikt en is de meest vergevingsgezinde in het korte spel. Met zo’n kleine beweging is een misser niet heel erg, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een lob, waarbij je een veel grotere beweging maakt.

 

De juiste clubkeuze is essentieel

Veel spelers willen per se met een sand wedge of pitching wedge chippen. Gebruik liever je ijzer 7, 8 of 9, afhankelijk van je positie en de afstand tot de hole. Concentreer je op de impact.  Als die niet constant is, kun je moeilijk het gevoel ontwikkelen of je harder of zachter moet slaan. Een chip and run kun je ook op bos- en parkbanen slaan, althans als de ondergrond het toelaat. De bal moet op een zo vlak en egaal mogelijk oppervlak landen – het liefst kort gemaaid – om te kunnen bepalen waar de bal naartoe gaat. Kijk eerst op de oefenbaan hoe de bal zich gedraagt en hoe ver hij rolt.

 

Zo leer je deze slag

Let op de plaats van de bal. Je slaat de bal precies onder het middelpunt van je lichaam, dus recht voor je borstbeen. Houd je voeten wat dichter bij elkaar dan normaal. Aangezien je een korte beweging maakt, is je evenwicht hier niet zo’n punt. Voor een zuivere impact heb je een licht voorwaartse shaft lean nodig en je handen blijven passief tijdens de slag, maar niet gespannen. Zorg dat je bij de impact de druk naar de voorste voet verplaatst.

 

Zo leer je deze slag

De beginhouding en de balplaatsing lijken op die van de chip and run, maar de stance is iets breder. De swingbeweging is langer en met shaft lean bij de impact. De zool moet omlaag bewegen en de grond raken. De bal moet een flauwe boog maken en na twee of drie keer stuiteren stil komen te liggen. Laat je polsen en enkels actief werken bij de impact.

 

Pitchslag

Een korte golfslag, doorgaans 30–50 meter. Zodra je geen verre bal kunt slaan, komt de pitchslag om de hoek kijken. Je heb bijvoorbeeld te maken met dik gras, een bunker, een heuveltje of gewoon een ongelijke ondergrond naar de green toe.Veel spelers slaan liever een volledige slag dan een onvolledige slag. Het voelt soms onnatuurlijk aan om een kortere afstand te slaan. Zoek om te beginnen een goede en redelijk constante impact met je wedges bij een nagenoeg volle slag. Ga vervolgens geleidelijk dichter naar de vlag toe, bij voorkeur met tien meter tussenruimte. Een wedgeslag heeft versnelling nodig bij de impact. Een typische fout is om een volle achterzwaai te maken en op het moment van de impact af te remmen. Maak liever een kortere achterzwaai en volle uitzwaai. Vergeet niet: balplaatsing, beginhouding en oplijning zijn heel belangrijke grondslagen.

 

Flopshot

Een geavanceerde golfslag waarmee de bal steil omhoog gaat en slechts een paar meter vliegt. Gevorderde spelers slaan vaak een flopshot rondom de green om de bal snel tot stilstand te brengen. Er zijn niet zoveel banen of posities waar je deze slag nodig hebt. Maar als je hem eenmaal onder de knie hebt, is het een erg leuke en bruikbare slag.

De juiste positie en bounce

De bal moet goed liggen en je club moet de juiste bounce voor de gegeven ondergrond hebben om je kansen maximaal te benutten. Essentieel is dat je de bal zuiver raakt en dat je echt durft uit te zwaaien.

 

Zo leer je deze slag

Gebruik je sand wedge of lobwedge. Balplaatsing in centrum van je lichaam of net ervoor. Houd de club open om de loft te verhogen, net zoals bij een bunkerslag. Laat je club goed door het gras glijden en durf snel te swingen en goed uit te zwaaien. Voor een goede flopshot moet je de bounce van je club blootleggen. Stel je het clubblad voor als een dienblad waarop je tijdens de hele slag een glas balanceert.